maandag 10 januari 2011

Dienen in de vreemde?

“Nederlandse officier in Turks leger”, kopte vandaag de Telegraaf op haar voorpagina. Ergun Cetin, een jonge en inmiddels steeds bekendere marine officier (luitenant ter zee 2e klasse) moet zoals alle Turkse mannen zijn dienstplicht gaan vervullen in het Turkse leger. Tenminste als ze hun Turkse paspoort niet bij de vuilnis willen doen en alle rechten in Turkije verspelen (bijvoorbeeld erfrecht). Ze hebben wel de mogelijkheid om de dienstplicht in te korten tot een maand. Ze moeten dan bijna 6.000 euro betalen aan Turkije en krijgen dan in een maand een scholing over nationalisme, Ataturk en het groot Turkse rijk in Turkse militaire omstandigheden.

Turkse mannen zijn dan een maand weg uit Nederland, vrouw en schoolgaande kinderen blijven hier en het werk blijft het werk. Met andere woorden ze worden uit hun omgeving weggeplukt, omdat er GEEN afspraak bestaat tussen Nederland en Turkije. Bijvoorbeeld dat Turkse mannen die een Nederlands paspoort hebben, in Nederland geboren zijn en niet naar Turkije emigreren hoeven niet deel te nemen aan de het Turkse lange afstandsnationalisme. Want zo kan je het inlijven in het Turkse leger toch met een gerust hart noemen.

De marine heeft een regeling getroffen voor Ergun Cetin. Hij krijgt een renteloze lening om zijn afkoopsom voor te schieten en hij mag zijn dienstplicht in Turkije vervullen en zo kan hij zijn paspoort en rechten in Turkije behouden. “Andersom,” zou het volgens Cetim “ondenkbaar zijn geweest.” Een Nederlandse gastarbeider in Turkije met een dubbel paspoort, die zijn dienstplicht in Nederland afkoopt en dan nog een maand naar Nederland moet om geschoold te worden in kaas maken, de Canon van de Nederlandse geschiedenis en met een Diemaco over de Ginkelse heide te rennen. Sommige problemen doen zich niet zo snel voor.

Op pagina 7 van de Telegraaf kom ik nog een wel een probleempje tegen in verband met de tijdelijke transfer van mijnheer Cetin naar de Turkse troepen. “Offensief Turkije: Leger bestookt Koerden Noord-Irak”, is de kop op die pagina. Het ministerie van Defensie zegt dat de officier zijn paspoort niet zal verliezen. “Daarvan zou pas sprake zijn als een Nederlandse militair in oorlogstijd bij een vijandig leger zou gaan dienen”, aldus de Telegraaf. Maar is het wel fris om aan een dergelijke actie mee te doen, al is het dan door slechts te tijgeren in de eerste militaire vorming van datzelfde Turkse leger. Het Turkse leger voert al jaren op gewelddadige wijze een binnenlandse burgeroolog uit. Dan mag het blijkbaar wel.

De Turkse troepen vernietigden in de jaren negentig 3.000 Koerdische dorpen in Turkije. Koerdische partijen worden nog steeds aangepakt alsof er geen plaats voor een Koerdisch politiekgeluid is. De vrede is volgens ieder weldenkend mens niet gediend met het eigengereide optreden van Turkije in Noord-Irak. De Koerden leider Barzani stelt nu al dat er een reactie komt als bij de bombardementen Noord-Iraakse burgers worden gedood. Het samenstellen van een zwartboek over de rol van het Turkse leger in de afgelopen jaren is een niet al te zware opgave. In dat leger, weliswaar niet vijandig en evenals Nederland behorende tot de Noord Atlantische Verdrags Organisatie (NAVO), gaat een Nederlands marine officier dienen.

Kan dat wel? Heeft Chora de kloof tussen beide legers ook al op dit vlak gedicht?

Eerder Volkskrantblog 22 oktober 2007