dinsdag 22 november 2016

Wapenhandel voor beginners

Een verhaal in vijf korte delen. Na de Koude Oorlog nam de internationale wapenhandel ruim een decennium af, maar vanaf 2002 is er weer groei. Nieuwe regio's kwamen op als klant, met name het Midden-Oosten, de Verenigde Staten en Oost-Azië. Nederland exporteert de afgelopen tien jaar gemiddeld zo'n 1 miljard euro aan wapens per jaar. Daarmee behoort Nederland het afgelopen decennium tot de tien grootste wapenexporteurs in de wereld.

Over de laatste vijf jaar vormen de VS, Rusland en China de top-3. Zij worden gevolgd door een vijftal EU-landen: Duitsland, Frankrijk, Engeland, Spanje en Italië. De Oekraïne en Israël maken de meest recente top 10 compleet. Daar zit Nederland voor het eerst sinds lange tijd niet bij. Niet omdat de wapenexport hier afnam, maar door de wereldwijde toename, waardoor het Nederlandse deel relatief kleiner is.

De omvang van de wereldwijde militaire uitgaven was in 2014 ongeveer 1.500 miljard euro. Niet al die militaire uitgaven gaan naar wapens. Sterker nog, het grootste deel gaat naar de betaling van de lonen van militairen. Ongeveer een kwart gaat naar gebouwen, onderhoud en gebruiksgoederen. In de VS gaat dertig procent van de defensiebegroting naar wapenproductie. In de gezamenlijke Europese Unie landen gaat het om een vijfde. Wereldwijd gaat het om een kwart, zo'n 400 miljard euro die naar wapens gaat. Er is een lobby vanuit Europese industrie en krijgsmachten om dit aandeel te vergroten. Want het moderne wapen, waarmee je overwicht hebt op een tegenstander, is een complex en duur en dus lucratief product. Van de hele wereldwijde wapenproductie gaat zo'n 27 miljard de grens over als wapenhandel. De rest, het grootste deel dus, is voor binnenlands gebruik.

Handel is eigenlijk niet het goede woord voor wapentransacties. De branche wordt zwaar gesubsidieerd door financiële garanties bij export, door subsidies, extra onderzoeksbudgetten, gegarandeerde afname, marketingsteun door de Koning naar een wapenbeurs, etc. Er zit een enorme hoeveelheid steun achter. Staten zelf hebben dan ook belang bij hun nationale wapenproductie, om hun hun eigen legers van wapens te voorzien, en om invloed te krijgen binnen internationale wapenprogramma's. Daardoor zijn defensie-industrieën en overheden vaak twee handen op een buik. 

Bovendien lopen op een gemiddelde veemarkt meer klanten rond dan er wereldwijd zijn voor de legale handel in militaire wapens. De enige klanten zijn namelijk de overheden die hun krijgsmachten willen voorzien van de modernste snufjes.

Het is dus geen normale handel. Wapenexport dekt beter de lading. Al zijn er natuurlijk wel bedrijven – ook in Nederland – die er meer dan een goed belegde boterham mee verdienen, doorgaans binnen de kaders van bestaande regelgeving. Men legt zich neer bij die regels want 'Wij bijten niet in de hand die ons voedt,' stelde ooit een Nederlandse wapenfabrikant.

Uit: tax evasion and weapon production, Transnational Institute (TNI) en Stop wapenhandel


Kritiek, maar waarom?
Het is een zomerse maandagochtend in 2015 als ik in de kranten lees: Turkije gebruikt bommenwerpers tegen Koerdische dorpen; het Verenigd Koninkrijk voert wapenleveranties naar Egypte op; Saoedi Arabië doet voordeel met Amerikaanse leveringen in de oorlog met Jemen; Zuidoost-Azië moet zich zwaarder bewapenen tegen China.
Deze specifieke berichten laten meer in het algemeen vier van de belangrijkste redenen zien waarom wapenhandel aan banden moet liggen. Dat zijn oorlog, spanningen en mensenrechten. Dat niet geleverd moet worden aan landen in oorlog en daar waar de mensenrechten ernstig worden geschonden zou voor zichzelf moeten spreken, maar ook leveringen aan spanningsgebieden kennen risico's. Zwaar bewapende staten die conflicten hebben, gaan eerder over tot een gewapend treffen blijkt uit decennia lang onderzoek.*

Een vierde reden is de verhouding tussen militaire uitgaven afgezet tegen de omvang van de economie van het afnemende land. Wapens worden immers betaald uit overheidsbudgetten en gaan zo ten koste van onder andere sociale uitgaven, bijvoorbeeld voor gezondheidszorg. Er is dan ook wel gesteld dat wapens doden ook al worden ze niet gebruikt. Denk hierbij aan grote wapenaankopen van arme Afrikaanse en Aziatische landen die zich hiervoor soms diep in de schulden steken. Het geldt niet voor de genoemde voorbeelden: Saoedi-Arabië en Turkije zijn rijk en Egypte kan rekenen op miljarden steun uit de VS.

In het officiële EU-wapenexportstandpunt en internationale wapenhandelverdrag (ATT) staat nog een aantal redenen voor wapenexportbeperkingen, zoals de veiligheid van bondgenoten, de houding van de afnemer tegenover terrorisme en het gevaar dat wapens elders dan bedoeld terechtkomen.

Wapenhandel is een deel van de economische-, buitenlandse- en defensiepolitiek van landen. Steun aan bondgenoten, het opbouwen van invloed en relaties in de krijgsmachten van de afnemende landen, het terugverdienen van investeringen in dure wapensystemen voor nationaal gebruik, winst maken door export, het versterken van een land tegen een gezamenlijke vijand (terrorisme, misdaad, onwelgevallig regime) zijn een paar van de redenen waar industrie en overheid vaak een gezamenlijk belang hebben. Dat verklaart de leveranties aan landen die eigenlijk geboycot zouden moeten worden.
Wat te weinig genoemd wordt als reden tegen wapenhandel zijn de wapens die krijgsmachten gewoonweg sterker maken, zoals tanks, jachtvliegtuigen, marineschepen en onderdelen daarvoor. Antimilitaristen en vredesbeweging zouden dit punt meer moeten benadrukken, want zij richten zich immers ook tegen militaire machtspolitiek en dan horen daar ook bij de vuurleidingssystemen, onderzeeboottechnologie, F-16 of JSF-onderdelen en onderdelen van voertuigen en zwaar geschut.


Gemaakt voor Stop Wapenhandel


Wat zijn de regels?

Het belangrijkste misverstand rond internationale wapenhandel is het idee dat het wettelijk niet zou mogen. Dat telt maar voor een klein deel van de wapenleveranties. Verboden zijn leveranties aan landen waar de VN, of (voor lidstaten) de Europese Unie, een embargo tegen heeft, en leveranties die in strijd zijn met internationale verdragen.

Er is een scala aan embargo's van de EU en VN.(1) Het blijkt dat deze embargo's vaak niet zo sterk zijn. Tegen bijvoorbeeld Egypte geldt wel een embargo, maar het geldt niet voor alle soorten wapens en is niet bindend. Een algeheel wapenembargo is vrij zeldzaam en ook dat laat ruimte voor uitvluchten.

Er zijn verdragen gericht op een bepaald wapensysteem, zoals rond non-proliferatie van kernwapens, biologische en chemische strijdmiddelen, en een controleregime voor export van rakettechnologie. In november 2015 kon de VARA televisie niettemin een smakelijke uitzending maken over de smokkel van Nederlandse nucleaire kennis naar Pakistan door atoomspion Kahn.(2) Dat premier Ruud Lubbers van de Amerikanen het verzoek had gekregen de dader te laten lopen, werd breed uitgemeten. Hogere belangen waren in het geding dan handhaven van de wet.

Je hoort vaak: landmijnen zijn verboden. Dat is niet waar. Het gaat om de export, productie en opslag van landmijnen tegen personen. Die AP-landmijnen zijn door veel rijke landen vervangen door systemen met dezelfde werking, maar die makkelijker op te ruimen zijn. De Verenigde Staten gebruikt nog wel AP-mijnen, met een aantal aanpassingen.(3) De productie en export van zwaardere landmijnen gaat door.

Sinds vorig jaar bestaat het wapenhandelverdrag ATT. Wat je ook denkt van het verdrag, het lijkt sterk op de gedragscode die de Europese Unie al had. Dit voorkwam niet dat jarenlang werd geëxporteerd naar tal van dubieuze bestemmingen. Net als in de Europese gedragscode, staat in het ATT dat er legitieme belangen zijn om wapens te produceren, exporteren en te importeren. Wie of wat legitiem is, is een kwestie van interpretatie. Deze verdragen zijn geen ontwapeningsverdragen, ze zijn om wapenhandel te reguleren, niet om wapenhandel te beperken.

Met of zonder wetten en gedragscodes zijn er politieke, ethische en humanitaire redenen om tegen wapenhandel te zijn. Activisten moeten dat aan de orde stellen en dat kan. Onlangs moest de Mexicaanse politie een hoeveelheid Duitse geweren terugleveren, omdat het gevaar bestond dat ze werden ingezet bij mensenrechtenschendingen.(4) Die stap is er gekomen omdat pers en activisten in Duitsland en Mexico gezamenlijk de druk bleven opvoeren. Zonder drang gaan bedrijven en overheden door met leveren.


  1. Het Stockholm International Peace Research Institute geeft er een compleet overzicht van (http://sipri.org/databases/embargoes).
  2. De Affaire: Kahn, VARA, 4 november 2015 (http://www.npo.nl/de-affaire/04-11-2015/VARA_101376042).
  3. Barriers, Obstacles, and Mine Warfare for Joint Operations, Joint Chiefs of Staff (VS), 17 June 2011 (http://www.dtic.mil/doctrine/new_pubs/jp3_15.pdf ).
  4. Mexican state to return about 2,100 German assault rifles, AP 11 mei 2015 (http://news.yahoo.com/mexican-state-return-2-100-german-assault-rifles-190657226.html).
Uit het Defence Data Booklet van de European Defence Agency (EDA)

Onderzoek

Onderzoek naar wapenhandel kent verschillende invalshoeken. De centrale vraag is: Wie verdient er aan en hoe ondersteunt het bestaande machtsstructuren? Daarnaast kan je bijvoorbeeld kijken naar: Hoe past de export in de nationale economie en in het beleid van individuele wapenbedrijven? Hoe passen de wapenleveranties in de buitenlandse politiek? Is er verband tussen wapenhandel en corruptie?

Globale wapenexportcijfers worden maar door een paar organisaties verzameld. Twee zijn Amerikaanse overheidsinstellingen (CRS en ACDA). De meest gebruikte zijn die van het Stockholmse vredesonderzoeksinstituut SIPRI. Voor Europa zijn de cijfers van de Europese Unie het meest bruikbaar. Je kan al die cijfers vergelijken, duiden, hergroeperen en trends constateren.

Je kan ook zoeken naar concrete wapenleveranties en beoordelen hoe deze passen binnen morele of internationale normen. Uitgangspunt daarbij kunnen wapenleveranties naar een bepaald land zijn waar oorlog is of zware onderdrukking of onderzoek naar een type wapens, zoals gebeurde met landmijnen, clusterwapens e.d. Het onderzoek kan wereldwijd zijn of bijvoorbeeld gericht op Nederland. Achteraf, soms zelfs meer dan twee jaar later, publiceert de overheid maandoverzichten van de afgegeven vergunningen. Ze zijn het waard om door te spitten. Onderdelen voor Pars pantservoertuigen in april 2014 naar Turkije? Google het voertuig. Wie heeft het gemaakt? Combineer met politieke ontwikkelingen? Hoe zit het met de mensen rechten in Turkije? Pantservoertuigen worden toch ingezet?

De Nederlandse wapenhandel is te verdelen in drie groepen: de handel door de overheid in wapens afgestoten door het Nederlandse leger; de handel in maritieme systemen en (kleine) oorlogsschepen en de handel in onderdelen voor vrijwel alle typen conventionele wapensystemen. De overheidsexporten worden gepubliceerd. Die kan je tegen het licht houden. Googelen naar F-16's en Jordanië brengt je op het conflict in Syrië en Irak, maar ook verder weg naar de door Saoedi-Arabië geleide oorlog in Jemen.

Marinesystemen en oorlogsschepen zijn vaak grote aankopen voor landen en daarom vaak van te voren bekend. Voldoet zo'n levering niet aan bepaalde normen dan kan je stampei maken. Want dat is toch de uitdaging. Iets vinden, beoordelen en effectief aan de orde stellen in pers en politiek. Maar anderzijds is ongewenste inzet juist bij maritieme leveringen moeilijk hard te maken. Zo kan Duitsland Israël onderzeeërs leveren waarvan analisten stellen dat ze kunnen worden uitgerust met kernraketten.

Onderzoek is van belang om je argumenten sterker te maken. Het geeft je nieuwe invalshoeken. Het moeilijkste blijft: hoe weeg en breng ik mijn informatie. Zelfs als je alle onderzoek rond hebt, dan nog blijkt het vaak aan dovemansoren gericht. Gewoon doorgaan, omdat het soms ook wel lukt.


Gemaakt vanwege het angstzaaien over Rusland. Niks ten faveuren van Putin, maar het Russische leger stort in. Het heeft nog steeds kernwapens en een agressieve politiek, daarom is het gestoken in een jas die te groot is. Dat is het gevaar.

Wat kan je er tegen doen

Laatst stuurde iemand me een foto op uit 1988. Ik zat samen met andere Nederlanders, Iraniërs, Irakezen en Koerden achter een stapel brandende autobanden voor de ingang van Muiden Chemie, destijds een bekende kruitfabriek die leverde aan beide partijen in de oorlog tussen Iran en Irak (1980-1988). De blokkade mislukte (er was nog een achteringang), maar er werd wel een stevig punt tegen die handel gemaakt.

Je kan je punt ook maken bij pakkende teksten. Een jaar geleden zei de Ierse vertegenwoordiger bij de Verenigde naties dat ieder jaar wereldwijd voldoende munitie wordt gemaakt om elk mens minstens twee maal te doden. Ieder jaar opnieuw! Er zijn mensen die hier boos van worden. En er zijn mensen die hier een cartoon over kunnen maken die mensen aan het denken zet en als een virus door de sociale media gaat.

Er zijn anderen die schrijven diepgravende teksten en analyseren de ontwikkelingen. Welke bedrijven verdienen aan de politiek om vluchtelingenstromen te controleren en beheersen? Wie maakt onderdelen van kernwapens? Wijs ze aan; ze zitten in uw buurt. Zelf rondde ik net een stuk af over de Nederlands/Europese regelgeving rond wapenexporten en deed nieuwe kennis op. Dat levert aangrijpingspunten op.

De boosheid of het medeleven moet omgezet worden in een activiteit. Je kan beginnen bij een land. Geen wapens naar Saudi Arabië of Turkije bijvoorbeeld. Of neemt een wapensysteem. Geen kernwapenproductie of robotwapens. Mogelijk begin je bij regelgeving en/of de verankering daarvan in beleid. Of een combinatie van alle drie. Je kan denken, schrijven of actievoeren. Dat laatste kan gaan van het meedenken over Kamervragen en lobbyen op het Ministerie tot het weghalen van voedsel tijdens een receptie van wapenbedrijf om dat symbolisch naar de vluchtelingen kampen in Calais te brengen of het aanspannen van een proces.

Wapens worden gemaakt door bedrijven die lang niet altijd ook een consumententak hebben. Damen, een van de grootste wapenproducenten van Nederland, maakt civiele en militaire schepen. Dat maakt het moeilijk om mensen te betrekken. Financiering van wapens is daarom een belangrijk onderwerp geworden om actie te kunnen voeren. Het gaat om beleggingen, bijvoorbeeld door pensioenfondsen en om financiering door banken via exportkredieten. Thales maakt militaire radar en vuurleiding, en de poortjes om het station in te gaan. Met enige fantasie is daar wel een actie op te bouwen.

Als je het kan: organiseer, werk samen, maak je zo sterk mogelijk. Actievoeren kost geld, vergeet dat niet; een beetje ondernemer zijn voor het goede doel moet kunnen. Maar ook de enkelingen die met verstand kleine steentjes naar het waterhoofd van de wapenindustrie slingeren, kunnen heel wat bereiken. Wat je ook doet, doe het efficiënt met oog voor het effect, en probeer het ook nog een beetje leuk te vinden. Visie, creativiteit, kennis en organisatie gebruiken voor verandering, daar gaat het om. Wapenhandel is daarbij een goed onderwerp. Succes!

Gemaakt voor mijn twitter account op de dag dat SIPRI met een rudimentaire database kwam. Je ziet de oorlogen (Korea, Vietnam, Koude Oorlog, Iraq etc.) terug, maar ook de steeds toenemende militaire utigaven (in constante dollars). We dachten in de Koude Oorlog de top te hebben bereikt. Niets is minder waar.
Geschreven voor vredesmagazines 2015 nr. 3 tot en met nr. 3 2016