zondag 23 december 2018

Gekte als vliegwiel voor Europese defensie-uitgaven

"Ik ben ervan overtuigd dat president Xi en ik in de toekomst, samen met president Poetin van Rusland, zullen spreken over een redelijke einde aan wat een grote en oncontroleerbare wapenwedloop is geworden. De Verenigde Staten hebben dit jaar 716 miljard dollar uitgegeven. Gekte!"
TweetDonald Trump 3 december 2018 

Misschien verdedigde de opportunistische vastgoedmiljonair Donald Trump hier zijn eigen financiële en electorale belangen, die niet altijd overlappen met die van het Amerikaanse leger. De tweet werd verzonden in het heetst van de strijd die de afgelopen maand woede over het vergroten van de Amerikaanse defensiebudgetten. De president kreeg een hele stoet vertegenwoordigers van het Pentagon en het Congres op bezoek om hem een besparing van $ 33 miljard op de Defensieuitgaven uit het hoofd te praten. Prominent in deze missie naar de President was de Minister van Defensie Jim Mattis. Deze havik ruimde afgelopen week het veld na een serie van conflicten met de president, waarbij in de analyses achteraf juist dit financiële meningsverschil nauwelijks genoemd wordt. Daar is Trump zelf misschien wel debet aan, als het er om gaat de troepen achter zich te krijgen belooft hij net zo hard weer een stijging van de Defenswiebegroting. Dat Staatszaken geen Trump-only-zaken zijn, wil er niet zo erg in. Patrick Shanahan, de opvolger van Mattis, heeft zowel een voorstel voor 700 als voor 733 miljard dollar op tafel gelegd.

De hoogte van de Amerikaanse militaire uitgaven en de solidariteit van de NAVO-begroting wordt vaak gebruikt als argument om ook de Europese defensie-uitgaven te verhogen. Onlangs zijn de Europese defensiebudgetten inderdaad begonnen te groeien. Europa zou zich ook kunnen richten tegen de gekte van steeds hogere budgetten, die ook de uitgaven elders in de wereld opdrijft.

De Nederlandse militaire uitgaven zijn een voorbeeld van deze Europese tendens (zie grafiek 2). Cijfers over de afgelopen drie decennia weerspiegelen politieke ontwikkelingen:
  • hoog tijdens de Koude Oorlog, gevolgd door afname na 1989,
  • groei veroorzaakt door de oorlog tegen het terrorisme;
  • afname na de economische crisis; en
  • weer groei door de magische NAVO-norm van 2% van het BBP (gerationaliseerd door de zogenaamde Russische dreiging).
De defensie-uitgaven zijn in absolute cijfers echter genormaliseerd naar niveaus van na de Koude Oorlog toen de uitgaven werden aangepast aan de krachtsverhoudingen na de implosie van de Sovjet militair industriële capaciteit. Tot op heden Rusland nog steeds slechts een schaduw van wat de USSR militair ooit was.

Naast de bekende '2% BBP-norm' voor defensie-uitgaven van NAVO-leden is ook een andere norm afgesproken, nl. dat 20% van de uitgaven geïnvesteerd moet worden in materieel, een beslissing die warm onthaald is door wapenfabrikanten. De nadruk op wapenaankoop binnen het budget onderstreept de verschuiving van weddes voor troepen naar uitgaven voor hightech-wapens. Om deze verschuiving snel te begrijpen, is het de moeite waard om even te kauwen op de vaak gebruikte afkorting C4ISR (Command, Control, Communications, Computers, Intelligence, Surveillance and Reconnaissance). Informatie is de sleutel tot moderne oorlogsvoering. Informatie moet worden verzameld, gecommuniceerd met commandanten en worden verzonden naar wapensystemen in lucht en ruimte, op het land en op zee. Het moet de greep op het slagveld vergroten en bommen, raketten, satellieten en drones richting geven. Juist deze moderne technologieën brengen enorme kosten met zich mee. Begrotingen verschuiven dan ook van troepen naar technologie, ten gunste van de wapenindustrie.

Voor Nederland gaan de grotere delen van het defensiebudget naar de verwerving van Lockheed Martin F-35 straaljagers. Afgelopen week kondigde het Ministerie van Defensie aan dat er nog 15 meer van zullen worden besteld. Is dit gerechtvaardigd door een dreiging vanuit Rusland? Het is de moeite waard om een onderzoeksrapport van Rand over de militaire machtsverhoudingen in de Baltische staten te lezen. Volgens dit rapport heeft de NAVO een overwicht op Rusland van 364: 0 op jachtvliegtuigen van de 5e generatie, zoals de F-35 (bij de oudere 4e generatie is ook vier maal zoveel, 5.094 : 1.251).

Het afschilderen van Rusland als een grote dreiging is niet conform de werkelijkheid. In een conflict tussen de kleine Baltische NAVO-leden en Rusland heeft Moskou een veel betere geostrategische startpositie en beschikt over een sterke interne transportinfrastructuur. Het zou waarschijnlijk ook de overhand hebben tijdens de eerste stadia van een conflict tegen de Baltische staten. Maar Rusland is zwakker en ook kwetsbaar in het Oosten, waar het dicht bij de grote Amerikaanse militaire bases in Korea en Japan ligt. Binnenvallen van de Baltische staten zou een duidelijke zelfmoordmissie zijn voor de Russen. Moskou is niet zo dwaas.

VS Defensie secretaris Mattis stelde: "We moeten de Amerikaanse krachtpositie herstellen." Maar Amerika's sterkte wordt alleen in het Pentagon zelf betwijfeld. Internationale betrekkingenspecialist Chris Ogden merkte bijvoorbeeld op dat Washington beschikt over een ongeëvenaarde mogelijkheid elders troepen in te zetten. Het Pentagon en zijn vrienden onderschatten het Amerikaanse leger om nog meer geld te krijgen. De National Defense Strategy Commission heeft in november een begroting voorgesteld van maximaal een biljoen (en dat is geen vertaal fout, maar 1.000 miljard) in de komende vijf jaar.

Het echte argument voor de hoge begrotingen van de VS en zijn bondgenoten wordt benadrukt door Bloomberg Opinion columnist Hal Brands: "Het is misleidend om eenvoudigweg de Amerikaanse en Russische militaire begrotingen - of de Amerikaanse en Chinese militaire begrotingen - één op één te vergelijken, omdat de Verenigde Staten wereldwijd opereren op een manier zoals geen van onze tegenstanders. Voeg daar nog aan toe dat we alleen uitwedstrijden spelen - we opereren in de buurt van de territoria van onze concurrenten, aan het einde van onze zeer lange bevoorradingslijnen, wat hen een groot geografisch voordeel oplevert - en we hebben gewoon veel meer militaire macht nodig om onze allianties geloofwaardig en onze invloed voelbaar maken." De toenemende kosten van hightech bewapening die het leger gebruikt om deze macht uit te oefenen, creëert nog meer vraag naar nog hogere budgetten.

Prominent veiligheids specialist Michale T Klare citeert de Nationale Veiligheids Strategie in december 2017 waarin wordt gesteld dat de Verenigde Staten tot in de verrre toekomst het de militair en technologisch overwicht tegen Rusland, China en alle andere potentiële uitdagers moet hebben, een zogenaamde overmatch. Binnen deze visie zit de VS alleen aan de top van de globale hiërarchie; er kan geen partnerschap tussen de grootmachten zijn.

De VS willen kortom de overhand op mondiaal niveau en de illusie van een unipolaire wereld overeind houden. Dit vereist een wereldwijde militaire dominantie van de VS, inclusief offensieve mogelijkheden. Europa volgt deze gevaarlijke illusie. Het is geen gekte. Er is een logica voor; deze militaire begrotingen moeten de economische belangen van de 1% ten koste van alles behartigen.
Geschreven voor Ravage-webzine (zie daar voor een geredigeerde versie)

donderdag 20 december 2018

Dutch transit of Czech ammo to Guatemala

a country sliding “towards becoming a dictatorial state”

In the largest harbour outside Asia, that of Rotterdam, remarkable things happen. Sometimes questions must be asked, like in the case of a large shipment of bullets to Guatemala, a country with a horrible past which is still a chilling part of the present.

Guatemala was the stage of a civil war from the sixties into the ninety-nineties. The war ended with a peace process and in 1994 a Commission for Historical Clarification was established. In February 1999 the Commission published a report which found that 200,000 people had been killed or had "disappeared" between 1962 and 1996, the vast majority of them indigenous Mayans.

The military, state-sponsored civil patrols and clandestine death squads were responsible for 90 percent of the grave human rights violations committed during the conflict, while the remaining 10 percent of the abuses were attributed to the guerrilla alliance. The influence of this conflict is still felt as“the same weapons are still in circulation and wreaking havoc” according to journalist Ana Campoy. That the military is still connected to the violence is a regularly heard complaint.

In August 2018 Guatemalan president Morales announced not to renew the mandate of the Agreement between the UN and Guatemala on the establishment of an International Commission against Impunity (CICIG), which will end in September 2019. Human rights organisations noted that this decision was taken by the president while an investigation against himself is carried out to alleged illegal financing of his election campaign.

They also observe a climate of intimidation and harassment against the main human rights organisations in the country and, specifically, against their leaders. Police seeks to locate them and monitors their offices, clearly to intimidate them. Morales policy is “a major blow to efforts to fight corruption, abuse, and impunity writes Human Rights Watch.

Seeking for justice is full of danger in Guatemala. UN experts expressed concern about attacks on victims, plaintiffs and members of the indigenous community who participated in court hearings, as well as threats and attacks targeting justice officials involved in transitional justice cases.

Juana Ramirez Santiago
In May this year Luis Arturo Marroquín was shot in the back by two men wearing hoods. Marroquín was a leader of a group of indigenous farmers defending people from evictions and pollution resulting from mines, hydro dams, logging, and palm oil and sugar cane plantations. The UK Guardian reports that the military and powerful political and financial figures with links to the drug trade, are behind the killing.

September 2018 indigenous rights activist Juana Ramirez Santiago (54) was the 21st human rights activist this year in Guatemala. She was a midwife and member of the Ixiles Womens Network, which provides psychological counseling, social help and birthing assistance to women in rural areas.

Europe

In September 2018, over a million small arms bullets of 22 different types were exported from the Czech Republic passing the Dutch largest harbour of Rotterdam on its way to Guatemala. End users are not mentioned. But it is legitimate to question who gets hold of the ammunition and if it fits human rights and internal security considerations of both the Czech Republic and the Netherlands, the last country providing transport infrastructure to this arms export. The questions must be raised in the light of a worsening human rights situation and targeted killings in the country.

The Dutch government reported recently about its policy on the transit of arms (see answer 57, in Dutch). This policy consist of three elements: the transit control follows the policy of allies; arms transit permits are monthly published; and it is controlled if a consignment appears to change from its declared destination at the time the export license is isued.

But in the case of Guatamala the Netherlands cannot hide behind the back of its Prague ally. The destination of the ammunition is too sensitive. There is a number of extra possibilities in the official Export Control User Guide on Strategic Goods and Services to stop a transfer like this. Such as “when international law or related agreements so requires or when the Minister for Foreign Trade and Development Cooperation deems it to be necessary in order to protect the essential interests of national security.”

And if willing, a Dutch Minister can even do more. In case of transition of ammunition to Saudi Arabia the former Minister of Foreign Trade Ploumen contacted Prague to report the Dutch dislike of such transits. It it worth considering repeating this line of action in the case of Guatemala. At least Ploumen's predecessor Sigrid Kaag should learn who received all those bullets.


Geschreven voor Stop Wapenhandel

Date license
No.
Description
Calibre
Country of
Mode of transport
Place of exit
origin
destination
14-9-18
1,000
bullets
.30-M1
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
3,000
bullets
.45 Colt
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
2,000
bullets
.357 Mag
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
6,000
bullets
10 mm auto
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
25,000
bullets
.38 Spec
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
4,000
bullets
.308 Win
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
1,200
bullets
.270 Win
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
3,600
bullets
.22 Hornet
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
2,000
bullets
7X57 mm
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
500
bullets
.243 Win
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
6,000
bullets
.410
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
1,500
bullets
.32 S&W
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
1,500
bullets
7,62X25 mm
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
1,200
bullets
.44 MAG
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
3,000
bullets
.357 SIG
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
980,000
bullets
9 mm Luger
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
10,000
bullets
.380 ACP
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
70,000
bullets
.40 S&W
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
15,000
bullets
.223 Rem
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
6,000
bullets
6,35 mm
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
10,000
bullets
.45 ACP
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
14-9-18
1,000
bullets
.45 GAP
Czech Rep.
Guatemala
Ship
Rotterdam
Total
1,153,500

dinsdag 18 december 2018

China en India, opkomende grootmachten

China and India; Asia's Emergent Great Powers door Chris Ogden beschrijft de opkomst van twee nieuwe groot- of supermachten vanuit verschillende invalshoeken die economisch, militair, historisch en cultureel gedefinieerd zijn en waarbij het idee/verhaal een belangrijke rol speelt..

India en China zijn op het wereldtoneel lange tijd grootmachten geweest. Tot de 19e eeuw waren ze samen goed voor bijna de helft van het wereldwijde BBP (C+I in 1000, 25.5+32%; in 1500 24,9+24,4%; in 1700 22,3+24,5%; en in 1820 32,9+16%) een aandeel dat daarna snel afnam. Maar aan die periode van twee eeuwen krimp lijkt nu een eind te komen.

Het kijken naar de geschiedenis van beide landen leidt al in de inleiding tot een conclusie: “Zowel India als China zijn uit op een multipolaire wereld bestaande uit verschillende grootmachten, een visie die afwijkt van het gangbare Westerse uitgangspunt van een dominante heerser (hegemon). In wezen bedreigt deze visie de voortzetting van de wereldwijde dominantie van de Verenigde Staten.” Om gelijk te constateren dat er geen overeenstemming bestaat over wat een grootmacht is.

In dit boek wordt een poging ondernomen om de grootmacht positie van China en India te beschrijven die zowel bestaat uit een tastbare als verhalende werkelijkheid. Zo loop je aan de hand van Ogden langs aspecten van culturele, militaire en economische aard. Lees je over de internationale relaties van China en India (regionaal/wereldwijd) en over internationale samenwerking en het streven naar een groter deel van de koek.

De schrijver concludeert dat China al een grootmacht is. Bij het lezen bekruipt je het gevoel regelmatig dat de ontwikkelingen rond Beijing zo snel gaan dat in dit boek ook al veel gemist wordt, zoals de hevige handelsoorlog die gaande is om de invloed van China te beperken en de idee fixe van een Amerikaanse voorsprong op technologisch gebied te verdedigen. Of de nieuwjaarrdactioneel van de PLA Daily waarin de Chinese militairen volgens de South China Morning Post wordt verteld zich voor te bereiden op oorlog.

India is minder duidelijk. Het land zou in 2035 een grootmacht status kunnen bereiken. Daar is een degelijk staatsmanschap voor nodig en het uitbouwen van de perceptie dat India die status verdient. Ogden sluit zijn boek af met de constatering dat het voor New Deli belangrijker lijkt wat er over het land gedacht wordt dan wat de feitelijke status daarvoor is: India is op het hoofdtoneel gesleept door de Verenigde Staten en enkele andere machten na de kernproeven van 1998 en wordt steeds meer gezien als een grootmacht
“ondanks de duidelijk zichtbare materiële zwakheid.” Als grootmacht zou India “niet meer dan een perceptie kunnen zijn,” stelt Ogden in de laatste zin van het boek.

vrijdag 14 december 2018

Crazy catalyst for European defence spending

“I am certain that, at some time in the future, President Xi and I, together with President Putin of Russia, will start talking about a meaningful halt to what has become a major and uncontrollable Arms Race. The U.S. spent 716 Billion Dollars this year. Crazy!”
Tweet Donald Trump 3 Dec 2018


This Trump Tweet was sent in the heat of the debate on enlarging the US defense budgets. Maybe the opportunist real estate billionaire Donald Trump was defending his own financial interests, which are not always overlapping with those of the US military. The hight of US military spending and NATO budget solidarity is often used as an argument to also raise European defence spending. Recently, European defence budgets have indeed started to grow. (see graph 1)



The Dutch military expenditures are an example of this European tendency (see graph 2). Figures over the past three decades reflect political developments:

* high during Cold War, followed by decline after 1989,
* rise triggered by the War on Terrorism;
* decline after the economic crisis; and
* rise again because of the magical NATO '2% of GDP' norm, rationalised by the so-called Russian threat.

Absolute defence spending figures normalised to post Cold War levels when expenditures where adapted to the implosion of the Soviet military industrial capacity. Today, Russia is still a mere shadow of what the USSR militarily was.

The norm of 2% of BNP for defence that NATO members agreed on is accompanied with a norm for 20% investment in new weaponry, a decision warmly welcomed by weapon manufacturers. It underlines the shift away from troops to high tech arms. To quickly understand this shift it is worth to chew a moment on the often-used abbreviation C4ISR (Command, Control, Communications, Computers, Intelligence, Surveillance and Reconnaissance). Information is key in modern warfare. Information must be gathered, communicated to commanders and sent to weapon systems in air and space, at land and at sea. It must provide situational awareness and direct bombs, missiles, satellites and drones. These technologies come with enormous costs. Budgets shift from troops to technology, in favour of the arms industry.

For the Netherlands the larger parts of the defence budget goes to acquisition of Lockheed Martin F-35 fighter jets. Is this justified by any threat from Russia? It is worth taking note of a Rand research report on the Baltics. According to this report, NATO has an overweight on Russia of 364 : 0 on 5th generation fighter aircraft (on older 4th generation it is 5,094 : 1251). Depicting Russia as a major threat is unrealistic. In a conflict between the tiny Baltic NATO-members and Russia, Moscow has a much better geostrategic position and strong internal transport infrastructure. It would probably have the upper hand during the first stages of conflict. But the Russian military forces are much weaker than NATO and Russia is also vulnerable in the East, where it is close to the major US military bases in Korea and Japan. Invading the Baltics would be a clear suicide mission for the Russians. Moscow is not that foolish.

US Defence Secretary Mattis might say that: “We have go to make certain we can restore America’s strength.” but America's strength is only doubted in the Pentagon itself. Foreign policy specialist Chris Ogden noted* for example the “current hard and soft power preponderance (including unrivaled power projection capabilities)” of Washington. The Pentagon and its friends are underestimating the US military to get even more funds. The National Defense Strategy Commission proposed in November a budget up to one trillion in the next five years.

The real argument for the high budgets of the US and its allies is pointed out by Bloomberg Opinion columnist Hal Brands: “it is misleading to simply compare the U.S. and Russian military budgets — or the U.S. and Chinese military budgets — on a one-to-one basis because we operate globally in a way that none of our adversaries does. Add in the fact that we only play away games — we operate near our competitors’ territories, at the end of our very long supply lines, all of which gives them a major geographic advantage — and we simply need a lot more military power to make our alliances credible and make our influence felt.” The growing expense of hightech armaments the military uses to exercises this power creates even more demand for higher budgets.

The US wants to keep the upper hand at a global level, and to sustain the illusion of a unipolar, US dominated world. This includes military domination and offensive options. Europe is following in this dangerous illusion. It is not crazy. It follows a certain logic; these military budgets have to defend the economic interests of the 1%.

MB
Geschreven voor Stop Wapenhandel

* Chris Ogden, China and India; Asia's Emergent Great Powers (Polity Press: London/Malden, 2017), p. 152.

donderdag 29 november 2018

Coocking the budget, the drive for higher defence expenditures

The presumed need for higher military budgets is a major argument on which defence industries flourish. Why are alarm bells on the military budgets tolled so loud?

It is hard to miss that the West is the dominant party in military expenditure. It spends more than the rest of the world together. The expenditures of Russia collapsed after the Cold War. Because the category 'Rest of the world' (in tables 1a and 1b) also includes major western allies such as Australia, Japan and South Korea (all three among the fifteen largest military spenders) the balance is shifted even more to 'west'. In response to critizism a debate started if one has to look differently to the budgets of adversaries.







Washington takes by far the (although slightly shrinking) lion share of the global military budget. Therefor the debate is centered around the Pentagon. In May 2018, during a hearing in the Senate Defense Subcommittee Senator Dick Durbin (D) addressed the following question to general Riley present at the meeting: “You tell us that one of our biggest threats, greatest enemies, is Russia; turns out we read recently that Russia spends about $80 billion a year on its military (…) So let me get this straight: We’re spending $600, $700 billion against an enemy that’s spending $80 billion. Why is this even a contest?” Expenditures of the allies of the US were not even needed to make this argument.

General Riley couldn't deny the figures, but doubted the comparison. “The cost of Russian soldiers or Chinese soldiers is a tiny fraction. So we would have to normalize the data in order to compare apples to apples and oranges to oranges (…) take out the military personnel accounts for both the Chinese, Russians, and/or the US, and then compare the investment costs.”

Sydney Freedberg Jr, journalist at Breaking Defense took the challenge and worked out the suggested calculation. He came to the conclusion that: “Whatever methodology you use, Russian spending remains a fraction of US.” China however, Freedberg stated, outspends the US by over 20 per cent.

Strangely enough while Freedberg left out US military wages in his comparison (table 2) there is no column for China without personnel cost. Although the cost for personnel in China counts for one third of the military expenditures and while the size of the Chinese armed forces are rapidly shrinking, the level of technology is increasing. Chinese wages in general are rising, technological skilled personnel is even more expensive, so the costs of the military man or woman will rise too. Analists expect the portion of the Chinese Defence budget going to personnel to grow.

The use of Purchasing Power Parity (PPP) exchange rates in this comparison is also problematic. The PPP creates the possibility to compare the value of a currency in different countries. Mandy Smithberger at the Center for Defense Information at the Project On Government Oversight notes in an article titled 'Coocking the budget numbers' that PPP is designed to reflect the purchasing power for goods and services that are representative of spending patterns in each country, that is, primarily for civilian goods and services. Military expenditure is used to purchase goods and services that are not typical of national consumption patterns. You do not have to go deeper than wikipedia to read they also do not consider the different quality of goods among countries. What is the cost of a Russian weapon and and how to compare it on quality with a similar European version of the same weapon? China paid US$ 1.4 billion for two air defence surface vessels of comparable quality to Dutch LC-frigates valued at $ 816 million and thus a comparable cost also.

Freedbergs work adds to the reasons for the cynical saying: there are three kinds of lies: lies, damned lies, and statistics. In the debate on military expenditures (ME) graphs are often used to solidify the positions of opponents of military growth and by those supporting the military establishment. To see what is left out or what is included, what is or are the sources, is the craft of reading them. Here graphs are outright used as “another excuse for why taxpayers must spend more money on the defense budget. Now the Army’s Chief of Staff, General Mark Milley, is trying to cook the books to claim U.S. defense spending is barely keeping up with China’s military spending,” as Mandy Smithberger wrote. She concludes “even cooking the numbers the United States still spends more than China and Russia, and at best it’s dishonest to suggest otherwise.”

Retired four-star admiral James Stavridis boiled Freedberg's maths even further down: “To compare our soldiers with Chinese or Russian soldiers (or sailors) is like comparing not apples and oranges but apples and hubcaps [wheel covers]. You get what you pay for, and we are spending a lot more — and getting good (and necessary) value for our money.” 

Written for Stop Wapenhandel