zondag 14 november 2021

Varende stokborden

Kamerleden willen een onderzeeboot van eigen bodem (Parool 10 november) en geen varend stokbrood, zoals SGP-Kamerlid Chris Stoffer al eens opmerkte. Een kwalificatie die het Nederlandse tijdschrift van de Defensielobby NIVD met instemming overnam.



Het is blijkbaar een vermakelijk spel om de Franse wapenindustrie te beschimpen; vaak met recht en reden. Voor de Fransen is het onderhouden van een sterke wapenindustrie een deel van de nationale militaire politiek. Export hoort daar bij – vaak ook naar minder wenselijke bestemmingen – en gaat niet zelden gepaard met corruptie.

Toch is het opvallend dat van de paar grote militair-industriële spelers in Nederland er twee zijn met een sterke Franse connectie. Thales Nederland is de voornaamste producent van militaire technologie in dit land, maar wel deel van het Franse Thales. Sterker nog het speelt een belangrijke rol in de maritieme sectie van dit internationale bedrijf.

In Leiden zetelt de formele hoofdvestiging van Airbus voor een belangrijk deel in Franse en Duitse handen. Airbus heeft ook een productie afdeling in de universiteitsstad. Deze week kwam in het nieuws dat Frankrijk met een Vega raket drie militaire satellieten in de ruimte bracht. De Vega bevat onderdelen die in Leiden werden ontwikkeld en geproduceerd.

VVD-Kamerlid Jeroen van Wijngaarden zegt stoer dat hij niet wil dat een toekomstige onderzeeboot voor onderhoud naar Frankrijk gaat. Het is bijna alsof hij geen Frans-Nederlandse militaire relaties wil. Dit lijkt overigens in tegenspraak met een andere VVD wens: aansluiting bij de militair industriële samenwerking tussen Frankrijk en Duitsland. De minister van Buitenlandse Zaken verwees onlangs nog naar die VVD-positie en werd hierin bevestigd door Kamerlid voor die partij Klink.

Je krijgt door dit ageren tegen de Franse concurrent het idee dat veel Defensie woordvoerders zegslieden van Damen zijn geworden. Een Nederlandse onderzeeboot bestaat niet, wordt het Ministerie van Defensie niet moe te herhalen op nationale reflexvragen van Kamerleden: er is geen Nederlandse werf meer die zelfstandig onderzeeboten kan ontwerpen en bouwen.”

De laatste onderzeeboot die in Nederland ontworpen werd (de Moeraal/Moray) uit de jaren tachtig, is nooit gebouwd; er zijn alleen tientallen miljoenen aan het ontwerp uitgegeven. Nederlandse Kamerleden blijven echter pleiten voor een ongewis avontuur. De kosten – 3 tot 4 miljard euro – en kwaliteiten van de onderzeeërs lijken daarmee uit beeld te raken.

Deze aanschaf is te groot om voor Holland promotie te worden ingezet. Dit los van de vraag of het verstandig is zo op Frankrijk te hakken. Een vraag van een heel andere orde is of er geen veiligheidsvraagstukken zijn op gebied van gezondheid en klimaatverandering, die urgenter zijn dan de mogelijkheid overal ter wereld militair te kunnen opereren.