zondag 19 december 2010

De Chinese marine: van bijwagen naar zelfstandige vloot

In de elfde eeuw had China een bewapende vloot die groter was dan die van de Europese zeevarende mogendheden bij elkaar. De Chinese zeilschepen uit die tijd behoren nog steeds tot de grootste die ooit zijn gebouwd. In de 15e eeuw bevoer China alle Aziatische kusten, het Midden-Oosten en Oost-Afrika. Zheng He was drijvende kracht achter de ontdekkingsreizen naar deze verre oorden. Maar na zijn dood werd de Chinese marine ontmanteld en keerde China zich naar binnen.





China raakte in verval als maritieme grootmacht en na korte tijd was er niets meer van over. Het duurde eeuwen voordat er weer leven in kwam. Momenteel keert China zich weer naar buiten en wordt de vloot belangrijker, al moeten we de huidige sterkte niet overdrijven. Onder de leiding van Deng Xiaoping zijn in 1979 stappen gezet om een marinetak te creëren binnen het Chinese Volksleger (People’s Liberation Army Navy, PLAN). De marine ging opereren met de zogenaamde kustverdedigingsstrategie (near-coast strategy). Daarvoor had ze een vloot van kleine en van de landmacht afhankelijke schepen (onder meer voor de inlichtingen voorziening) die de kust moesten verdedigen tegen amfibische landingen van de Sovjet Unie. Ze had een ondersteunende taak en van een zelfstandige marine was (en is ook nu nog) geen sprake. Ze valt nog steeds onder het Volksleger.

Twintig jaar opbouw

In 1987 werd een nieuwe strategie geïntroduceerd voor een actieve verdediging van de kustzeeën (near-seas active defence). De PLAN kreeg de taak om te opereren tot de eerste gordel van eilanden (zie kaartje) die ongeveer 200 zee mijl uit de kust ligt. Hiervoor waren schepen nodig die zelfstandig kunnen opereren rond betwistte eilanden, tegen Taiwan en bij het verdedigen van zeewegen. Ruimte voor deze strategie verandering ontstond door de wegvallen van de Sovjet Unie, steun van het civiele deel van de Communistische Partijleiding en actieve inspanningen van vlootcommandanten. Een dergelijke ontwikkeling sloot bovendien naadloos aan op de groeiende internationale economische activiteiten van China. De ambities worden echter getemperd door gebrek aan financiële middelen (het overgrote deel bleef naar de landmacht gaan) en afwezigheid van technologische kennis.



Nadat de Verenigde Staten in 1996 twee vliegdekschepen naar Taiwan hadden gestuurd om China te waarschuwen dat het Tapei zou steunen bij Chinees optreden tegen het eiland kwam er meer dynamiek in de ontwikkeling van de marine. Deze confrontatie, het belangrijkste conflict waarbij China betrokken is, bleek de beste aanbeveling voor de opbouw van maritieme strijdkrachten die de Chinese admiraal zich konden wensen.  In 2004 werd een stap gezet naar een nieuwe strategie voor operaties ver op zee (far-seas operations of far sea defence). De taken van de marine werden uitgereid naar de tweede gordel van eilanden. Dat betekent dat de marine moet kunnen opereren tot 1000 zeemijl uit de kust. Zo bouwt de economische macht China zijn militaire macht op zee uit. Aanvoerlijnen over zee worden daarmee verdedigd. Toch schreef de gerenommeerde website GlobalSecurity.com nog in 2005 dat “de vloot overwegend wordt bevolkt door oude onbruikbare schepen. Zelfs de recentst gebouwde schepen hebben evident gebreken waar het onderzeeboot bestrijding en luchtverdediging betreft.” Voor de kleinere buurlanden is het al wel een geduchte tegenstander.

De marine krijgt inmiddels meer dan een derde van het militaire budget. De geldende maritieme strategie gaat er vanuit dat China binnen de eerste gordel moet kunnen opereren. Toch is dat is maar gedeeltelijk mogelijk. Vrij opereren binnen de gordel is alleen mogelijk als de buurlanden Australië of de VS dat toestaan. Voorlopig is het vooral een ambitie. Feitelijk streeft China geen vrijheid om te opereren na. De intentie is simpeler: de capaciteit ontwikkelen om anderen het opereren onmogelijk te maken. China kan daarvoor ook de luchtmacht en anti-scheepsraketten vanaf patrouille boten inzetten.

Einde deel 1 voor deel 2 zie hier

Dit artikel werd geschreven voor het Vredesmagazine
Abonnee worden: Stuur een email naar: info@vredesmagazine.nl
Voor meer informatie: vredesmagazine.nl