Posts tonen met het label tweedehands wapens. Alle posts tonen
Posts tonen met het label tweedehands wapens. Alle posts tonen

zondag 14 oktober 2012

Nobelprijs voor wapenhandel

Bron: euronews.com/.../2011/01/29/egyptian-army-armoured-vehicle-on-fire/
“I read you have more information about export armed equipment to Egypt? I would love if you have information about companies in Holland for sale used trucks and used equipment for armed. if you have pleas send for me feed back . with my best wishes.”
Dit is de volledige tekst van een 'google-translate-arabisch-in-engels mail' die ik onlangs kreeg. Het zijn vragen die je wel vaker krijgt als je over wapenhandel schrijft. De schrijver ervan leest de publicaties die hij op het internet vindt dan niet goed. Dat ik juist kritisch ben als het over wapenhandel gaat, wordt gemist. Routinematig zoek ik wel even de afzender van die mails op. In dit geval is het een bedrijf in tweedehands onderdelen met een vestiging in Saoedi-Arabië en – dat komt veel minder voor – Nederland.

NozhaBusiness Company offers all kinds of imported spare parts for cars, trucks and all types of equipment needed by the domestic market in good condition and at competitive prices to the local market.” Het bedrijf is gericht op de Egyptische markt. Het bedrijfje heeft zelfs een amateuristische YouTube met een filmpje uit een magazijn online.

 Dat een bedrijf in Nederland zoekt naar tweedehands militaire onderdelen voor de Egyptische markt is zo gek niet. Egypte heeft 1.000+ Nederlandse pantserwagens in zijn arsenalen en het zou wel eens goedkoper en gemakkelijker kunnen zijn om versleten onderdelen via een dergelijk bedrijf te laten importeren. Dumps en handelaren in tweedehands goederen worden daarvoor wel vaker gebruikt. Soms ook om ze sneaky te exporteren. Maar van dat laatste wil ik Nozha helemaal niet beschuldigen.

 Het bedrijf zal wel weten dat hoewel de exportregels voor militaire goederen naar Egypte onlangs zijn versoepelt, maar dat nog niet alles mag. Demissionair minister Rosenthal en staatssecretaris Bleker schreven de Kamer op 8 oktober jl. in een brief“Amnesty International roept in dit licht [van twee rapporten, nl. “Agentsbof repression” en “Brutality unpunished and unchecked”] exporterende landen op voorlopig alle leveranties van traangas*, kleine en lichte wapens en bijbehorende munitie, en gepantserde voertuigen stop te zetten, totdat de nieuwe Egyptische autoriteiten maatregelen hebben ingevoerd om mensenrechtenschendingen door veiligheidstroepen bij de ordehandhaving van protesten te voorkomen. De regering verleent geen vergunningen voor dergelijke goederen.”

Nohza verkent slechts de markt als het beleid nog verder versoepelt, zullen we maar denken. Want aan het versoepelen is het. Niet alleen vanuit Nederland. Onlangs publiceerde het Instituut voor de Studie van Conflicten en Humanitaire Actie (IEACH) in Madrid een rapport over wapenhandel. De organisatie beschrijft daarin leveranties aan landen in het Midden-Oosten, zoals Bahrein, Saoedi-Arabië en Egypte (meer dan de helft van de Spaanse wapenexporten waren overigens voor Venezuela) lees ik in het Vlaamse tijdschift *MO. Wat voor Spanje geldt, telt ook voor andere Europese landen.

Bron: 2012_of_top10_exp_pie.jpg
Van de tien grootste wapenexpeurs in de periode 2007-2011 zijn er zes West-Europees. Samen zijn Duitsland (9%), Frankrijk (8%), het Verenigd Koninkrijk (4%), Spanje (3%), Nederland (3%)en Italië (3%)goed voor een derde van de wereldwijde wapenexporten. Dat is evenveel als de Verenigde Staten (30%) en vier maal zoveel als China (7%) en ruimschoots meer dan Rusland (24%). Het gangbare beeld ligt anders, maar dit zijn de cijfers van het alom gerespecteerde Stockholm International Peace Research Instituut. Misschien had het Noors Nobelcomité er eens een werkbezoekje kunnen afleggen en daarmee een blunder voorkomen.**

Met Nozha komt het wel goed als ze zich een beetje aan het wapenexportvergunningenstelsel houden. Want restrictief zijn de Europese landen alleen voor de bühne, niet in de werkelijkheid.

Martin Broek

Geschreven voor Konfrontatie

dinsdag 15 maart 2011

Wapens voor 'onze' repressieve regimes

Wat een een heerlijke wereld. Zonder er echt naar te zoeken vind ik een artikel uit The Anniston Star, een krant uit Alabama. In het plaatselijke landmacht depot (ANAD) belanden de voertuigen die het Amerikaanse leger verlaten en waarvoor een nieuwe bestemming wordt gezocht. Iets wat ook bij de Nederlandse domeinen gebeurt.

Hoewel de domeinen zijn een maatje kleiner. Bij ANAD zijn bijna 7000 mensen in dienst alleen voor het opknappen en verkopen van militaire afdankertjes. Er wordt samengewerkt met civiele bedrijven waarbij de Amerikaanse vestiging van de Britse gigant BAES en het Amerikaanse General Dynamics tot de grootste behoren.

Onlangs werden volgens de Star vijftig M-113 pantservoertuigen voor Libië opgeknapt. Ze zijn de deur niet uitgegaan. Momenteel wordt gewerkt aan een partij van 586 M-113's en 21 M-88 gepantserde hulpvoertuigen voor Irak. Eerder gingen ook al pantservoertuigen naar Irak, Taiwan en Saoedi-Arabië. Bij de levering aan het laatste land moet ik gelijk denken aan de voertuigen die ik gisteren de door Nederlandse bedrijven gebouwde dam over zag gaan om het regime in Bahrein te helpen bij de onderdrukking van de protesterende bevolking.

Ook Nederland levert zijn tweedehandsgoederen aan landen binnen en buiten de NAVO. Zo kocht Canada Nederlandse Leopard tanks om in Afghanistan te gebruiken en Chili een nog grotere partij van dezelfde tanks. Santiago kan ze goed gebruiken voor spierballenvertoon richting Argentinië, maar vooral Peru. Met dat buurland loopt de wederzijdse onenigheid regelmatig uit de hand.

Overzichtelijk laat de overheid zien wat ze in de aanbieding heeft.
1 Fokker 50 vliegtuig
1 Fokker 60 vrachtvliegtuig
28 Leopard tanks
26 Pantserhouwitsers (PzH2000)
60 pantservoertuigen met geschut tegen luchtdoelen, Cheetah
333 pantservoertuigen YPR-765 en YPR-806
Ieder jaar komt erbij, wordt er vernietigd en verkocht.

Het afgelopen jaar gingen gingen bijvoorbeeld 2 maritieme Fokker-60 patrouille vliegtuigen naar Peru. Maar de grootste verkoop was die naar Jordanië. Dat land kocht in één klap 520 pantservoertuigen met 25mm munitie, bijna 500 militaire vrachtwagens en 121 houwitsers. Het is een levering van een omvang waar ze in Anniston aan gewend zijn. De regering had haast met de verkoop, want twaalf dagen nadat de Kamer was geïnformeerd was de exportvergunning al rond. Hij bleek een waarde van ruim 28 miljoen te vertegenwoordigen. Niet eens zoveel voor zo'n grote partij wapens. Het Jordaanse leger is mede verantwoordelijk voor het bewaken van de wankele interne veiligheid. Maar natuurlijk is al “gebleken dat de overdracht geen gevolgen heeft voor de mensenrechtensituatie,” aldus toenmalig minister van Defensie Middelkoop.

De zinsnede komt vrijwel standaard voor in exportvergunningen voor tweedehands wapens en dat is ook niet zo vreemd. Nederland kijkt immers bij iedere levering op grond van een Europese gedragscode of er gevaar is dat de wapens bij mensenrechtenschendingen worden ingezet. Ook wordt gekeken of er sprake is van interne of internationale spanningen. En dan gaat er toch iets wringen. Het Midden-Oosten is het spreekwoordelijke kruitvat en de afgelopen weken tonen aan dat van elke repressieve snelkookpan de deksel kan vliegen en ook dat Nederland aan al die landen wapens leverde.

Bevriende landen kunnen op wapens rekenen. De export en doorvoer van helikopter onderdelen naar Gadaffi laten dit wel heel duidelijk zien. Het is duidelijk dat de ethische critieria maar een deel van de wegingsgronden zijn. Het gaat daarnaast om een economische en financiële afwegingen. Maar ook de steun aan bondgenoten speelt een belangrijke rol. Welk element het zwaarst weegt is inzet van politieke strijd.

Wapenhandel heet handel, maar is dat nauwelijks. Het grootste deel van de wapens wordt gekocht door de overheid bij de industrie in eigen land. En dat na een lange voorbereiding tussen militairen en die zelfde industrie. Aankopen in het buitenland worden vaak gedaan op politieke gronden (zie bijvoorbeeld de JSF). De wapenindustrie is een deel van de militaire capaciteit van landen en die wordt gesteund en gepamperd. Niet voor niets is handel in wapens uitgesloten van handelsverdragen.

Los van vooral de grote leveringen van marineschepen aan Qatar, Oman en vooral Marokko is de Nederlandse overheid zelf de belangrijkste leverancier van wapens aan 'onze' repressieve regimes in het Midden-Oosten. Nederland draagt daarmee een steentje bij aan de machtsverhoudingen in de regio. Morgen vergadert de Tweede Kamer hierover.

Geschreven voor Sargasso

Kamerdebat uitgesteld tot 24 maart 2011